Is huiswerk een ware crime voor jou en je gezin?
Ben je het meer dan zat om iemand achter de broek aan te zitten?
Moet je voor je gevoel 100 x vragen “heb je geen huiswerk?”.
Dan is de kans groot dat je
A) altijd het antwoord: “NEE, hoor” krijgt.
B) een grote waffel krijgt.
C) om 22:13 druk bezig bent met het typen van een werkstuk over de Deltawerken.
En ja, die moet morgen ingeleverd zijn…
IK KEN HET! Er is een troost je: je bent niet de enige!
De redding is nabij: het kan anders en ik kan je helpen.
Maar lees eerst even mijn verhaal.
Er was een tijd dat ik mijn bonuszoon in groep 7 had zitten.
Ja, je leest het goed, ik had een dubbelrol. Ik was fulltime juf van groep 7 en mijn stiefzoon, die parttime bij ons woont zat bij mij in de klas.
Wij konden school en privé perfect scheiden, wat juist zorgde voor hilarische situaties.
Het zit zo: ik was op dat moment leerkracht van groep 7. Het was daar de regel dat kinderen per week een taak rekenen en taal kregen van een huiswerkmethode.
Ik was (en ben) nog steeds een voorstander van huiswerk in de bovenbouw.
Dus gaf ik de kinderen elke week een taak rekenen voor de maandag en taal voor de dinsdag.
Kinderen die de taak niet af hadden en/of niet konden inleveren volgens afspraak, maakten na schooltijd de desbetreffende taak (af).
Als leerkracht vond ik dit zeker niet gek. Ik was immers heel duidelijk en er hing een consequentie aan: als je het werk niet bij je had, dan bleef je na schooltijd.
Op deze manier leverden bijna alle kinderen braaf hun werk in.
Bijna allemaal inderdaad. Mijn stiefzoon vaak niet.
Nu komen we bij een lastige situatie. Niet dat het mijn stiefzoon is, want wij hadden de duidelijke regel “school is school en thuis is thuis”.
Het leek mij namelijk totaal niet chill dat hij ging vertellen, ten overstaande van de groep guppen dat ik een zeer-lastige-eter ben en altijd zit te schuiven met mijn wortelen. Of bloemkool. Andijvie. Broccoli. Hoe serieus zou ik dan nog over komen?
De regel “school is school en thuis is thuis” was daarom bestempeld als heilig.
Deze heilige regel hadden we prima onder controle. Soms vertelde hij thuis verhalen over school en over de juf. Dan rolden de anderen met hun ogen, van hem naar mij en weer terug.
“Welke juf?” werd er dan gevraagd. Het leek de vader en broer immers vreemd dat het verhaal over mij ging, ik zat er immers naast. De leerling en ik verblikten of verbloosden immers niet.
Het antwoord was steevast “gewoon mijn eigen juf”.
Waarbij er diverse wenkbrauwen omhoog en omlaag schoten.
Het eigenlijke probleem was eigenlijk geen probleem. Of nou ja, dat werd het wel. Vooral voor mij.
Het niet ingeleverde huiswerk dat was wel gemaakt.
Sterker nog, het niet-ingeleverde-huiswerk was op zondagmiddag aan de keukentafel gemaakt.
Nog iets specifieker: het huiswerk was op zondagmiddag 17:00 uur gemaakt aan de keukentafel, terwijl ik de aardappels schilden en de gehaktballen draaide.
Het huiswerk werd gemaakt onder toeziend oog van de man. Ik behoor tot de zeldzame groep leerkrachten die het werk niet mee naar huis neemt. Af en toe was er de vraag: “doen we dit goed zo?”. Nog vaker de mededeling: “Maar ik heb dit vroeger heel anders geleerd”.
Het welgemaakte huiswerk werd keurig gemaakt.
Het huiswerk werd echter structureel op maandag thuisgelaten.
Ofwel vergeten. Dus: niet ingeleverd.
De juf, die ten alle tijden zeer consequent is, hield zich immer aan de regel: geen huiswerk is nablijven.
Dus ja, dit zorgde voor een kantelpunt in mijn lesgeven.
Want het was frustrerend dat ik op maandag moest zeggen: “jij hebt je huiswerk niet”.
Terwijl ik mij zondag nog over de breuken had ontfermd.
Huiswerk maken is één ding, huiswerk meenemen naar school is een tweede.
Het komt allemaal aan op planning en organisatie.
Sommige kinderen hebben meer structuur nodig, anderen moeten echt leren om te organiseren. Wat zijn de denkstappen van het kind? Hoe is je gezinssituatie.
Wat vind je er zelf van als ouder en hoe kun je de boel aansturen?
Er komt zoveel kijken bij huiswerk. Voor zowel het kind, de ouder, maar ook voor de leerkracht.
Huiswerk maken is een leerpunt voor het kind. En voor de ouder. Het opent ogen en geeft je (soms) zorgen. Het kan voor gezeur zorgen en spanning. Ellende.
Maar ook inzichten. Ook voor mij. Want op zondag huiswerk maken vond ik niet leuk. Het kind ook niet.
Het gaf mij wel de unieke situatie dat ik zowel juf als ouder was. Dat wat ik ook school deed, thuis van invloed was. Dat ik na ging denken wat precies het doel was van huiswerk.
Was dat het extra oefenen van het rekenwerk? En had dit dan zin?
Of was het doel: kinderen leren plannen en organiseren? En leerden de kinderen dit dan?
Het heeft mij gedwongen om als leerkracht kritisch te zijn en veranderingen toe te passen. Het heeft mij als ouder inzicht gegeven dat jouw rol ertoe doet.
Maar ook dat er een driehoek moet zijn tussen ouders-kinderen-leerkrachten. Samenwerking en duidelijkheid. Wat wordt er verwacht en waarom. Wie doet wat en vooral hoe?
Als leerkracht en coach geef ik handvatten aan ouders en kinderen die organiseren en plannen lastig vinden. Tips voor de ouders en oefeningen voor de kinderen.
Een gecoördineerd lijf zorgt voor een gecoördineerd brein. Een gecoördineerd brein heb je nodig. Niet alleen de kennis om sommen te maken. Ook om vooraf te bedenken wanneer je huiswerk wilt maken (niet op zondagavond!). Maar vooral belangrijk is dat kinderen zichzelf aan kunnen sturen. Van opstaan naar aankleden, van brood smeren naar ontbijten en vervolgens de tas pakken, sleutels meenemen en naar school gaan.
Zijn jouw hersenen daar rijp voor? Of heb je oefening nodig?
Belangrijker nog: als ervaringsdeskundige in een unieke situatie kan ik probleem van verschillende kanten bekijken en daardoor nog gerichter aansturen op de oplossing.
Zodat het huiswerkprobleem van je kind niet jouw probleem wordt. Of dat van de juf.
Laten we het vooral gezellig houden….